Nederland, Amsterdamsche Bank N.V., Aandeel, 200 Gulden, 16 September 1918

De Amsterdamsche Bank is een voormalige Nederlandse bank. De bank werd in 1871 opgericht door een groep voornamelijkDuitse banken, onder leiding van de Bank für Handel und Industrie uit Darmstadt. Duitsland zocht naar mogelijkheden om te investeren in buitenlandse bedrijven, door te beleggen met de herstelbetalingen die frankrijk had betaald na de Frans-Pruisische Oorlog (1870-1871). Met de oprichting van Amsterdamsche Bank zocht men naar manieren om de Duitse en Nederlandse geldmarkten meer met elkaar te verbinden. Aan Nederlandse kant speelde de Amsterdamse bankier Abraham Wertheim een belangrijke rol bij en na de oprichting. De Amsterdamsche Bank had een hechte band met de Amsterdamse diamantindustrie, maar was ook actief op de aandelenmarkt. De Amsterdamsche Bank richtte in 1901 haar eerste dochteronderneming op, Het Amsterdamsch Wisselkantoor, dat een zelfstandig bedrijf was. Al snel zou het Amsterdamsch Wisselkantoor vestigingen openen in Utrecht, Eindhoven, Almelo en Enschede. Later zouden alle kantoren opgenomen worden in het moederbedrijf, en als kantoren van de Amsterdamsche Bank verder door het leven gaan. De Amsterdamsche Bank verwierf ook belangen in diverse provinciale banken, zoals de Helmondsche Bank en de Heerlener Bank. Vanaf 1911 werd het voorbeeld van Rabover gevolgd, en nam de Amsterdamsche Bank een groot aantal lokale banken over. Voor financiering van de Belgische diamantindustrie werd in Antwerpen in 1937 de Amsterdamsche Bank voor België opgericht. In 1939 hadden de Amsterdamsche Bank en Robaver uitgewerkte fusieplannen klaarliggen, maar zetten deze in de ijskast anticiperend toen Nederlandse betrokkenheid bij de Tweede Wereldoorlog onvermijdbaar scheen. Begin 1940 nam de Amsterdamsche Bank in Alkmaar het Noordhollandsch Landbouwcrediet over, een bank waarvan de Amsterdamsche Bank ook aan de wieg had gestaan. Verreweg de belangrijkste bankfusie was echter de overname van de Incasso bank per 1 januari 1948. In 1964 fuseerde de Amsterdamsche Bank met de Rotterdamsche Bank (voorheen Robaver) tot AMRO bank, die later met de ABN bank fuseert tot het huidige ABN AMRO bank.